Goed uitgerust gaan we om kwart voor negen in konvooi op pad. Wij gaan het Atlasgebergte verkennen, dit gebergte strekt zich diagonaal door Marokko uit van de Atlantische Oceaan in het westen tot de grens van Algerije in het oosten en bestaat uit imposante massieven en steile dalen. Eeuwenlang is hier strijd geleverd tussen verschillende volkeren om de goede weidegronden. Dit kan je nog zien aan de vele versterkte woonvormen. Yvonne mag rijden want Marcel heeft een beetje last van griep en zijn evenwichtsorgaan, leuke uitdaging! Want we gaan de Tiz-n Test pass (what’s in the name) rijden, voorheen één van ’s werelds gevaarlijkste wegen nu wel verbeterd maar nog steeds een pittig traject met hier en daar maar één baan breed en grindweg. De pas gaat dwars door het Hoge Atlasgebergte en is door de Fransen tussen 1926 en 1932 aangelegd om Marrakesh te verbinden met de woestijnvlaktes (Souss-Massa-Daraâ) in het zuiden van Marokko. De pas ligt op een 2100 m hoogte en de route is zo’n 42 km lang. Wij gaan op pad en zijn blij dat de tegenliggers even halt houden als ons konvooi eraan komt, één tegenligger camper moet zelfs een stukje achteruit naar een plekje waar wij elkaar kunnen passeren. Ook gaan wij een stukje stapvoets op met een ezel die ook de pas bestijgt. Halverwege is er een mooi uitzichtpunt waar we allemaal even uitstappen en een kippenvelgevoel ervaren.
Het is vandaag einde van de Ramadan en Eid al-Fitr (suikerfeest) wordt gevierd. Wij zien de hele dag al meisjes en vrouwen in mooie kleding met handtasjes lopen en veel mannen in smetteloze witte gewaden. Vanaf het uitzichtpunt kijken we het dal in naar een dorp, op drie verschillende plaatsen op de berghellingen verzamelen de mannen van één familie zich en onder het a-capella zingen van gelovige liederen dalen zij de berg af naar het dorp. Het klinkt zo mooi en het stijgt zo mooi op uit het dal dat wij er allemaal stil van zijn.
Wij rijden verder naar de pas waar een uitzichtpunt met restaurant is en waar Walter ons weer op een rondje koffie of thee trakteert omdat wij het maar weer gehaald hebben.
De afdaling naar Marrakesh mogen wij in eigen tempo doen, nu dat was zeker niet een beter wegdek maar langzaam en alert rijden wij verder. Voor mij nog even extra oefening in het hand schakelen van onze volautomaat, wij zijn zo blij met onze 9-traps automaat want we komen vloeiend de hellingen af. Onderweg zien wij nog meer mooi aangeklede mensen die feest vieren in de vele Berberdorpen, die wel uit de rotsen gehouwen lijken omdat zij van hetzelfde lemen materiaal zijn gebouwd als de omringende rotsen. Wij nemen nog even een afslag naar de Tin Mal Moskee, een middeleeuwse moskee, in 1153 gesticht door Ibn Toumert de leider en gelovige grondlegger van de Almohaden dynastie. De Moskee staat op de werelderfgoedlijst en zou te bezichtigen zijn maar helaas staat de moskee in de steigers en mogen wij er niet in of bij komen. De Moskee ziet eruit als een fort omdat zij zich moesten beschermen tegen aanvallen van de Almoraviden. Wel heel jammer dat het niet te bezichtigen is want het is één van de twee moskeeën in Marokko die door niet-moslims bezocht mogen worden.
Wij eindigen onze dag op camping Ourika (sitecode 19999) in de buitenwijken van Marrakesh, een echte camping naar Europese begrippen wel met de wat slordige Marokkaanse inslag die je ook in Zuid Europa wel tegenkomt op het gebied van sanitair. Maar mooie plekjes en verzorgde groenvoorziening, we kunnen de was doen en al het zand even uit onze haren en camper verwijderen. ’s Avonds hebben Walter en Marita voor ons ook een klein suikerfeest met allerlei zoete Marokkaanse lekkernijen. De volgende dag nemen wij een duik in het heerlijke zwembad, wat wil je nog meer na de wildcamp dagen in de woestijn. Omdat iedereen wel even aan een rustdag toe was blijven we hier twee nachten, tegelijk mooi de gelegenheid om een verjaardags borrel te hebben voor een jarige medereiziger, gezellige social talk. Ook de gelegenheid om in Marrakesh naar de Carrefour te gaan met zowaar een alcohol afdeling. Om binnen te komen in de alcoholafdeling moet je je paspoort laten zien en dan zijn alle westerse sterke drankjes, wijnen en biertjes te koop. Wij nemen een paar flessen Marokkaanse wijn mee, bijzonder dat het land dus ook wijn produceert. Verder de andere voorraden ook weer op peil gebracht. De avond horen wij nog veel feestgeruis buiten de camping want men is nog steeds het Suikerfeest aan het vieren, dit blijkt 3 dagen te duren.
De volgende dag gaan we met de Tiz-n-Tichka pas (2260 m) weer door het Atlasgebergte terug naar het zuiden. Weer hebben we prachtige rotsformaties en kale bergen en mooie, deels vruchtbare dalen en dorpjes van pisé (aangestampte aarde) die tegen de bergen aangekleefd liggen en niet opvallen doordat zij dezelfde kleur als die van hun omgeving hebben. Deze pas is ook weer tijdens het Protectoraat door de Fransen in de twintiger jaren aangelegd maar de Koning heeft nu besloten dat deze pas vernieuwd moet worden om het zuiden meer te ontsluiten (paradepaardje). Er wordt hard gewerkt aan deze weg en voor het eerst zien wij ook werkelijk hier en daar een graafmachine werken. Het houdt ook echter in dat er vele stukken “route deviation” zijn maar het belooft een mooie weg te worden met omhoog een dubbele baan voor vrachtwagens die wat moeite hebben met de zware klim. Wel weer bijzonder hoe de Marokkaanse automobilist daar mee omgaat want wat betekent nu een witte doorgetrokken streep? Geen idee want massaal overschrijden zij die streep en maken er min of meer een driebaans dodemansweg van. Borden met let op gevaarlijke onoverzichtelijke bocht! Welnee joh ik haal nog even in ook al zie ik niet wat er om de bocht is, maar die zullen vast wel op tijd remmen!
Yvonne kaartte het al even aan, het Marokkaanse verkeer. Tja, hoe zeg je dat netjes? Ik zou het willen samenvatten als “Afrikaans”. Er schijnen verkeersregels te zijn want er staan her en der de internationaal bekende verkeersborden. Ik heb zelfs regelmatig boven een deur het bord “Auto école” gezien dus er schijnt ook rijles gegeven te worden. Dat is waar ook, wij hebben een praktijkterrein gezien waar een aantal pilonnen waren neergezet. Leerling recht achteruit rijden, dat lukte. Leerling zigzaggend tussen een stel pilonnen door, dat lukte ook. Handje schudden, geslaagd! Ik zou dolgraag een theorieboek willen inzien maar gezien het rijgedrag betwijfel ik of ze dat hebben. Wat er wel in overvloed aanwezig is zijn politieposten, ze plaatsen een aantal borden met maximale snelheid, een patrouillewagen en drie agenten waarvan één altijd met een laser gun loopt te sjouwen, en ze gebruiken dat ding frequent. Gelukkig heeft hun koning een decreet doen uitgaan dat ze de toerist, mits die zich aan de regels houdt, zo veel mogelijk ter wille moeten zijn. In praktijk betekent dit dat wij bij elke post na afgeremd te hebben tot de op de bordjes vermelde snelheid gewoon mogen doorrijden. De Marokkaan is echter altijd de klos, vrijwel alles wordt aan de kant gezet voor een controle.
De kwaliteit van de buitenwegen varieert van slecht tot redelijk of soms zelfs goed. Je ziet dat er een ooit witte middenlijn op is aangebracht, maar die dient alleen om aan te geven dat er daar ergens een asfaltweg moet liggen want ze overschrijden die doorgetrokken lijn op alle mogelijke manieren. De wegbreedte is in de loop der tijd aan beide zijden behoorlijk afgekalfd door het verkeer en soms is de totale breedte (lees: het asfalt) niet meer dan anderhalf tot drie meter. En daar moet het heen als zowel het terug verkeer overheen. Uitwijken? Dat doen ze zo min en vooral zo laat mogelijk. Dat snap ik wel als je bedenkt dat de meeste pick-up trucks tot een meter of vier hoog zijn beladen en dan liefst ook nog ruim breder dag de wagen zelf. Dan wil je natuurlijk geen abrupte stuurbewegingen maken anders valt de hele zaak gewoon om. Brommertjes, en daar rijden er héél veel van, rijden overal maar schijnen een voorkeur te hebben om tegen de richting in aan te komen rijden om je dan vervolgens voorbij te rijden daar waar net iets meer ruimte is. Ze doen erg hun best om gevaarlijke situaties aan de weg duidelijk te markeren. Onze rood-witte schrikhekken zijn in Marokko nog niet ingeburgerd. Zij doen het met het materiaal wat voorhanden is, dus stenen die ze dan wel helderwit schilderen zodat het goed opvalt. Wanneer ze dat gebruiken? Nou bijvoorbeeld als het wegdek een beetje verzakt is zoals op bijgaande foto. Is overdag toch best duidelijk?!
Telkens na het passeren van een pompeuze boog of poort rij je een dorp of stadje binnen, dan verwijdt de tweebaans buitenweg zich tot een ruime strakke vierbaansweg met lichtmasten en trottoirs ernaast totdat je het centrum bereikt. Daar vernauwt de weg zich en begint de balts tussen alle verkeersdeelnemers. Oversteken doen ze bij voorkeur diagonaal zonder op of om te kijken. Als je een bekende ziet stop je daar waar je rijdt en gaat even lekker bijpraten. Parkeren kan overal, het liefst zo ver als mogelijk bij de huizen vandaan, dat je dan midden op de weg staat is geen punt. Handkarren, ezelwagens, motor-trikes beladen met een complete huisraad, klassiekers die duidelijk over de houdbaarheidsdatum heen zijn, taxi’s, brommers het liefst met drie volwassenen of een heel gezinnetje erop, heel soms een heuse bus, vrachtautootjes, fietsers en heel veel voetgangers in alle maten en soorten. Dit alles aangevuld met een camper probeert zich gelijktijdig en vooral chaotisch een weg te banen in alle richtingen van de streken op het kompas. Het mag een wonder heten dat wij eigenlijk geen aanrijdingen of andere ongelukken zien maar het vergt wel oplettendheid, stuurmanskunst en één voet vlak bij het rempedaal. Zoals ik al schreef, het is Afrikaans maar vooral een heel leuke ervaring.
Ondertussen rijden wij verder en genieten van oude grotwoningen tegen de steile wand van een rivierkloof. En als we nog zuidelijker komen hebben de huizen weer meer versiering en verschijnen er snel meer palmbomen. Wij slaan af van de hoofdweg en volgen een geel met groene weg op de kaart en rijden via een prachtige route naar Aït Benhaddou.
Wanneer wij daar aankomen zien wij het al; dit is een toeristenplek met touringcars, busjes en taxi’s maar goed wij parkeren ook en zoeken even naar de brug om de wadi over te steken en komen dan bij een groep verstevigde Kasba’s, de Ksar Aït Benhaddou, een van de mooiste en best bewaarde van het land en nu op de werelderfgoedlijst van Unesco. Er wonen nog maar zo’n tien families en er moet nog het één en ander gerestaureerd worden maar het is fraai om te zien. Ook deze locatie is weer in veel films gebruikt (Game of Thrones, Prince of Persia, Lawrence of Arabia en nog veel meer. Boven op de berg bevindt zich nog een fort, wij lopen een eind naar boven maar het is te heet om naar de kale en warme top te lopen.
Wij slenteren weer naar de camper en gaan met z’n allen weer een stukje in konvooi naar een prachtige wildcamp plek met zicht op AÏt Benhaddou zodat we morgenochtend het mooie licht van de zonsopgang op de Kasba’s kunnen zien schijnen. Met de camper niet te dicht bij de rand van de kloof staan want duidelijk zichtbaar brokkelt hier en daar de rand af.
Vandaag rijden wij weer terug richting de Sahara, nog maar net op pad en je merkt alweer dat je in zuid Marokko bent de Nomadententen zie je overal staan en vele Nomaden zijn op trek met hun hele hebben en houden op ezels of kamelen gehesen. De boomstammen voor hun tenten steken uit, het afwasteiltje hangt ergens bovenop te bengelen en de volwassenen en kinderen lopen er omheen.
Wij rijden ook een stukje weg die wij al eerder hebben gereden vanaf de andere kant, voordeel daarvan is dat de Bourgondiërs onder ons daar een restaurant weten waar je frietjes krijgt bij de vlees brochettes. Dus rond een uur of één strijken wij allemaal neer op het terras onder de bomen op het dorpsplein in Foum Zguid, zeer gezellig en de uitbater heeft een goede dag. Naast ons ook nog een groep mannen die met buggy’s en grote woestijntrucks rijden. Wat blijkt de Morocco Desert Challenge is nu gaande, een rally door de woestijn in verschillende categorieën. Als wij verder rijden zien wij waar zij hun kamp opslaan voor de volgende rally en komen alleen maar supergrote trucks voor deze Challenge tegen waaronder vele Nederlanders. Deze anders doodstille weg is hiermee behoorlijk druk. Later blijkt dat de rally slachtoffers heeft geëist, het is extreem warm voor de tijd van het jaar en een Nederlandse deelnemer Bram van der Wouden is bezweken aan die hitte (op dat moment 50˚C)
Wij vervolgen onze weg en komen nog heel lang grote vrachtauto’s van deelnemers tegen waaronder vele Nederlandse teams. Wij stoppen nog even om naar de cascades Attiku Tissent te lopen, het is echter extreem warm voor april: 42˚C en wij proberen van schaduw naar schaduw te lopen. Duidelijk te vinden zijn de cascades niet maar wij verbazen ons wel weer over hoeveel werk hier altijd is verricht om irrigatie werken te bouwen, eeuwen en eeuwen werkzaamheden herken je. Ook in dit dorp loopt een groot bouwwerk dwars door het dorp voor de watervoorziening. Telkens weer valt op dat er veel werk is verricht maar dat het zo slecht onderhouden wordt. Heel duidelijk zie je steeds daar waar een irrigatiesysteem nog goed werkt zijn de palmbomen en andere gewassen groen maar daar waar alles niet meer onderhouden wordt zijn de palmbomen dor en dood. We overnachten op een mooi wildcamp voorbij Tata.
De volgende dag wacht ons een mooie route weer door een toeristisch onbekend gebied de Anti Atlas door. Echter had Yvonne de route niet helemaal goed ingepland en reden wij nietsvermoedend een hele andere kant op maar hadden niets in de gaten totdat wij na een eindeloze eenzaamheid in Akka aankwamen en toen werd Yvonne pas wakker, hé daar moeten wij niet langs. Kaart, routeboek, plotter erbij en tja er zit niets anders op deze weg weer terug te rijden. Onze dag wordt zo 120 km langer. Maar wij worden dan wel beloond met een prachtige route waar je haast geen tegenligger tegenkomt enkel kuddes schapen en geiten die de weg oversteken in verder een oneindig mooi en afwisselend landschap, grillige rotsen, pittige bergpassen en stilte.
Na deze mooie reisdag strijken wij neer op een Wildcamp net buiten Tafraoute en gaan met elkaar uiteten bij een restaurant waar ze de specialiteit Pastilla serveren, nu dat is echt heerlijk een vlees en groente mengsel in filodeeg en later deze reis gaan wij tijdens een kookcursus dit leren maken, we zijn allemaal enthousiast.
Wij blijven een dagje extra in Tafraoute. Deze plaats is de hoofdstad van de Berberstam de Ammeln, een stam die bekend staat om haar handelsgeest en dynamisme in zaken doen. Vaak is de kleine kruidenier in Marokko een Ammeln en ook in Europa zijn de meeste Noord Afrikaanse eigenaren van een kruidenierswinkel ofwel een Tunesiër van Djerba of een Marokkaan uit deze streek. Nu dat merken wij de volgende dag al heel vroeg worden de eerste producten ons aangeboden. Als ze zien dat wij Nederlander zijn beginnen zij vaak de begroeting met “Allemachtig Prachtig” om dan goedemorgen te zeggen. De schaapsherder wil Marcel een hoofddeksel verkopen want Marcel loopt blootshoofds. Dan iemand die wel zonnewering voor onze ramen kan maken, een kapper die ons volgens Europees voorbeeld wil knippen, een water verkoper, een vrouw die onze was wil doen, het kunstzinnig beschilderen van je camper, een vrouw die aanbied couscous voor ons te koken, een mannetje die onze gastank wil vullen en hier maken wij dan ook gebruik van want onze tank kun je niet officieel vullen of omruilen dus dit is wel handig. Zo heb je de hele dag aanspraak terwijl wij weer even de tijd hebben om aan ons nieuwe verhaal te werken.
We genieten van jullie verhalen en Foto’s!
Wat een avontuur!
Groetjes van Gerard en Alies
Leuk dat jullie meegenieten. Wij genieten zeer zeker.
Groetjes Yvonne en Marcel
Tjongejonge er lijkt geen eind aan te komen, wat een groot avontuur. Vooral de slechte wegen en hitte lijken me echt (n)iets om je doorheen te worstelen.
Maar eindeloos genieten van het prachtige Marokko doen jullie zeker! En wij genieten van de verhalen en mooie foto’s ter illustratie die voor zich spreken. Heerlijk.
Groetjes Ab en Trees
Hoi Ab en Trees,
Het is echt een geweldige reis met bijzondere ervaringen maar wij genieten nog steeds heel erg. Wij leren het echte Marokko kennen en dat is zeer verrijkend.
Hoop dat op Wezenland alles goed gaat.
Groetjes Yvonne en Marcel
Wat een prachtige reis, geniet volop van jullie mooie verhalen.
Groetjes Desiree.
Hoi Desiree, Wij blijven genieten. Jullie weer thuis las ik. Ook wel weer even lekker en plannen voor de volgende trip maken.
Groetjes